Na een eerste week waarin we flink moesten wennen aan ons nieuwe leventje, begint de tweede week een stuk rustiger. Terwijl Bas volledig aan het werk is, proberen ook Julian en ik onze draai te vinden in en rondom het huis. Dat betekent in de ochtend of namiddag een blokje om met Bwindi, terwijl Julian vanuit zijn kinderwagen voorbijgangers vrolijk begroet met “mambo”. Het betekent ook een fruithapje eten in de schaduw op het terras, vogeltjes zoeken in de tuin, een slaapje halverwege de dag en eindeloos alle op- en afstapjes rondom het huis verkennen.
De broeiende warmte van de eerste week heeft gelukkig plaatsgemaakt voor aangenamere temperaturen, meer bewolking en dagelijks een flinke regenbui, met name ’s nachts. Maar, net zoals in Oeganda, houdt de regen nooit lang aan en zijn er nog volop periodes dat de zon zich laat zien.
En nu we allemaal weer fit zijn, grijpen we ’s zondag de kans om uitgebreid te gaan lunchen bij Mount Meru Game Lodge en tevens Julian voor het eerst kennis te laten maken met het wild van Afrika. De Meru zelf zien we amper, maar de dieren in het privé reservaat van de lodge zijn niet te missen: zebra’s, waterbucks, stekelvarkens, krokodil en verschillende grote vogels zoals pauwen, kraanvogels en een struisvogel. Het (Indisch) buffet is prima verzorgd. Maar het eten kan natuurlijk niet op tegen het spannende uitzicht op de gestreepte paardjes die grazen, de pauwen die door de tuin wandelen en de stekelvarkens die nieuwsgierig dichterbij komen. Julian kan er geen genoeg van krijgen. Al blijft hij ook oog houden voor de kleinere dieren, zoals de vlinders tussen de bloemen en de mieren op het wandelpad.
Eenmaal terug op weg naar huis is Julian binnen een paar minuten diep in slaap, moe van alle indrukken. Dít is de kant van Afrika die we beter kennen en waarvan we Julian nog veel meer willen laten zien!
Geef een antwoord