Enkele weken geleden hadden we wederom een bezoeker. ‘Oma’ kwam uit Nederland over om ons, maar met name haar kleinkind te zien. In eerste instantie moest Julian even goed kijken, maar al snel was ze een vertrouwd persoon in huis en riep hij nu ook veelvuldig “Oma kom!”.
Het was een gezellige week, dat bestond uit veel spelen met Julian, koffie drinken, enkele kinderdagverblijven bezoeken en in het weekend een uitstapje maken naar Lake Manyara National Park.
Lake Manyara ligt op zo’n twee uur rijden van Arusha via een goed geasfalteerde weg. Onderweg zien we al impala’s en zebra’s, en moeten we stoppen voor een overstekende giraf. Ondertussen worden we omgeven door een prachtig landschap: uitgestrekte vlaktes met lang gelig gras waar de Masai hun vee laat grazen, dorpjes die her en der verspreid liggen, het langgerekte Lake Manyara en de bergen van de Rift Vallei op de achtergrond. Na het dorpje Mto wa Mbu (Swahili voor ‘River van muggen’) beginnen we aan een korte maar steile klim de escarpment op, wat nog eens prachtig uitzicht biedt op het nationale park en de omgeving.
We overnachten bij Kirurumu under Canvas, een lodge met dertig comfortabele en ruime safaritenten gelegen op de rand van de 600 meter hoge klif. Terwijl de zon langzaam onder gaat genieten we bij de bar nog even van de spectaculaire vergezichten. ’s Avonds eten we in open restaurant, onder toezien van de af en toe oplichtende ogen van de bushbabies (een kleine nachtaap) in een nabije boom.
De volgende ochtend begint vroeg en na het ontbijt rijden we naar de gate van Lake Manyara National Park. De naam Manyara komt van het Masai woord ‘Emanyara’, de naam van een plant waarmee de stam de dorpen omringt om zich te beschermen tegen roofdieren en andere indringers. Het meer wordt gevoed door het water van de Ngorongoro hooglanden en wordt omgeven door open graslanden, moerassen, watervallen en bossen.
De rit begint met veel apen; bavianen, Vervet monkeys en Sykes monkeys. Julian kan zijn geluk niet op met “allemaal apies”! Wanneer de eeuwenoude mahonie bomen plaats maken voor savanne zien we ook impala’s, zebra’s, giraffen, buffels en gnoes. Het moerasgebied biedt bovendien plaats aan nijlpaarden en vele (water)vogels.
Dat we de befaamde boomklimmende leeuwen niet zouden vinden, hadden we rekening mee gehouden. Maar ook de grijze reuzen, de “otuit”, laten zich helaas niet zien. Pas aan het einde van de ochtend, juist wanneer we weer terug willen rijden, stuiten we op een familie olifanten. Julian hangt uit het raam en is er helemaal stil van. Een van de olifanten komt zelfs rakelings langs de auto gelopen en blijft op nog geen meter van ons staan eten. Een onverwachte en bijzondere ontmoeting voor ons allemaal!
Geef een antwoord