Een smalle weg door afgelegen dorpjes, langs akkervelden en door al dan niet opgedroogde rivierbeddingen leidt ons naar Kiboko Lodge. Een lodge gelegen aan de rand van Arusha National Park, dat wordt omgeven door moerasgebied en uitzicht biedt op de gedoofde vulkaan Mount Meru (indien het helder is…). We worden vriendelijk ontvangen door de medewerkers en komen dan in aanraking met wat deze lodge zo bijzonder maakt.
Het is niet alleen de mooie omgeving of het rijke vogelleven, maar met name het feit dat de lodge gerund wordt door (ex) straatkinderen geeft een extra dimensie aan ons bezoek. Want dat is de andere, amper zichtbaar voor toeristen, kant van Tanzania: de bedelaars, werkloosheid en straatkinderen.
Kiboko Lodge maakt deel uit van de Watoto Foundation die zich in zet voor straatkinderen in Tanzania. De stichting werd in 2003 opgericht door Noud en Truus van Hout uit Uden en heeft zich inmiddels al over honderden kinderen ontfermd die weinig toekomst in hun bestaan hadden. Watoto Foundation haalt de kansloze kinderen van de straat, vaak niet ouder dan 13-15 jaar, en biedt hen een veilig en warm onderkomen in ‘Child in the Stars’. Vanuit deze eerste opvang verhuizen de jongens naar ‘Child in the Sky’ waar ze een opleiding krijgen en een vak leren als kok, timmerman, veeteler of autoreparateur. En tot slot is er Kibobo Lodge die werkgelegenheid en praktische opleiding voor de hotelindustrie garandeert. Tevens gaan alle opbrengsten van de lodge weer terug naar de twee opvangcentra met als doel de kinderen verder op te leiden en uiteindelijk een zelfstandig voortbestaan, zonder hulp van buitenaf, te kunnen opbouwen.
Het is bijzonder om te zien hoe, ondanks dat deze jongens gevormd zijn door het harde leven op straat, hen weer een nieuwe kans is gegeven en ze deze met beide handen aangrijpen. Ze zijn vriendelijk, gastvrij en proberen het hun gasten duidelijk naar de zin te maken. Ook met Julian klikt het meteen. Zijn schaterlach en beperkte woordjes Swahili brengen direct een brede glimlach op het gezicht van de jongens.
In de namiddag maken we een wandeling door de omgeving, waarbij een van de jongens ons vergezeld als gids. Hij vertelt enthousiast over de levenswijze en cultuur van de mensen in dit gebied en probeert ons geduldig wat meer Swahili bij te brengen. Ondertussen kan Julian alles mooi bekijken vanuit zijn hoge, comfortabele positie in de draagrugzak op Bas z’n rug. Wat overigens veel hilariteit onder de lokale bevolking teweegbrengt. Tja, een man met een kind op zijn rug en dan ook nog eens ingepakt in een rugzak is niet iets wat ze elke dag zien…!
Zondagochtend vertrekken we na een uitgebreid ontbijt naar het nabijgelegen nationale park voor wederom een wandeling aan de voet van de Mout Meru. Begeleid door een gewapende ranger steken we snelstromende beekjes over en komen uit op een open vlakte, ook wel bekend als de “Uwanja wa Mbogo” (letterlijk vertaald ‘speelplek van de buffels’). Hier graast inderdaad een kudde buffels die we op redelijk korte afstand kunnen naderen. Ondertussen weet de ranger ons te boeien met veel interessante feiten over de planten, bloemen, dieren en uitwerpselen die we hier tegenkomen. We beklimmen een van de heuvels voor een fantastisch uitzicht en dalen weer af naar de Tululusia Waterfall, een prachtige verborgen waterval op circa 28 meter hoogte. Hier mag Julian zijn beentjes ook even strekken al durft hij niet te dicht bij het stromende water te komen. Na deze prachtige wandeling van zo’n anderhalf uur verlaten we langzaam het park en sluiten het weekend af met lunch op het terras van Kiboko Lodge.
0 reacties
1 pingback