De Kilimanjaro. Hoogste berg van Afrika en zonder meer één van de meest toeristische hoogtepunten van Tanzania. De één heeft zich tot persoonlijke missie gesteld om de 5895 meter hoge top te bereiken, de ander laat het rechts liggen en focust zich liever op de wildparken. Maar is er nóg een optie. Je kunt er namelijk ook omheen rijden. Een route die relatief onbekend is en weinig toeristen trekt.
Tijd voor ons om van de gebaande paden af te wijken en een nieuw gebied te verkennen!
Kambi ya Tembo
Vanuit Arusha is het 3 uur rijden naar onze eerste bestemming. Via de uitgestrekte landerijen van Simba Farm bereiken we aan het eind van de ochtend Kambi ya Tembo, gelegen in het privé reservaat Sinya. “Kamp van de olifanten” letterlijk vertaald. Eenvoudig ingericht maar met een spectaculair uitzicht op de omgeving; een eindeloze vlakte begroeid met acacia bomen, de Kilimanjaro, de Mount Meru en Ol Doinyo Longido. Na de lunch hebben we een paar uurtjes de tijd om rustig bij de lodge te zitten. Bepaald geen straf met dit prachtige vergezicht, het rijke vogelleven om ons heen en zelfs enkele wrattenzwijnen die ons nieuwsgierig van een afstandje gadeslaan.
In de namiddag gaan we op game drive met Maasai krijger William. We zijn aangenaam verrast over de hoeveelheid wild dat er in deze omgeving leeft, ondanks dat het gebied geen nationaal park is. We passeren kuddes olifanten, gazelle’s, gnoe’s, heel veel giraffen en zelfs enkele kudu’s.
Juist omdat het geen nationaal park is, hoef je niet op de wegen te blijven en kun je de dieren op korte afstand naderen. Altijd spannend natuurlijk om off road te rijden, al vraag ik me af of het voor de natuur ook zo positief is… De auto vindt het in ieder geval minder want na een tijdje kriskras door de bush gereden te hebben, staan we plotseling stil met een lekke band. Gelukkig is dit niet de eerste keer dat we op deze manier in Afrika vast komen te staan en wordt ook hier de band snel verwisseld. En voor de wachtenden is er ondertussen een adembenemend uitzicht op de besneeuwde top van de Kilimanjaro!
Verderop worden we nog eens getrakteerd op een prachtige zonsondergang en een familie olifanten die de vlakte doorkruisen, met de majestueuze Kilimanjaro op de achtergrond. Kan het nog mooier…?!
Op de grens met Kenia
De volgende ochtend nemen we met tegenzin afscheid van deze prachtige lodge en het gastvrije personeel. Zoals op meerdere plekken hadden we hier graag wat extra tijd doorgebracht. Maar we hebben nog een lange rit voor de boeg.
We vervolgen onze reis richting de Keniaanse grens. Een rode, stoffige weg slingert zich door de groene uitlopers van de Kilimanjaro, langs kleine dorpjes met houten huisjes en langs landerijen waar maïs, zonnebloemen en graan verbouwd worden. Mensen zijn op het veld aan het werk of lopen met hun koeien en geiten langs de weg. Met name de vrouwen zijn in prachtige traditionele en felgekleurde kleding gehuld. En hoewel de Kilimanjaro rechts van ons inmiddels in een dik wolkendek verborgen ligt, kunnen we links genieten van een weids uitzicht over Amboseli National Park in Kenia.
Na 2 uur rijden bereiken we het plaatsje Kamwanga waar de verharde weg weer begint. Terug in de ‘bewoonde’ wereld blijkt al snel. Een perfect geasfalteerde weg doorkruist een pijnbomenbos en laat ons vlak langs de grens met Kenia rijden, of soms zelfs door niemandsland. Vooral vanaf het stadje Tarakea bevinden we ons duidelijk in een druk en ontwikkeld gebied. Dorpjes volgen elkaar snel op en er heerst veel bedrijvigheid. Net zoals in Nederland lijkt zaterdag hier ook de ‘ophaaldag’ te zijn. Waar wij dan oud papier en ijzer verzamelen, lopen de mensen in deze Tanzaniaanse plaatsjes met groene trossen bananen, geiten en schapen langs de weg. Van heinde en ver lijkt men te komen om hun producten aan handelslieden te verkopen.
Het laatste traject
Langzaam maar zeker naderen we Marangu, het startpunt voor één van de populairste routes naar de top van de Kilimanjaro. We stoppen voor een late lunch bij het Marangu Hotel, een koloniaal hotel dat inderdaad voornamelijk beklimmers van de Kilimanjaro trekt. Zo ook een groep Amerikanen die op het punt staat een oefenwandeling te maken. De generale repetitie voor de grote expeditie waarschijnlijk. Te beoordelen aan hun voorbereidingen, die meer dan een uur in beslag nemen, en uitgebreide uitrusting nemen ze deze oefening heel serieus.
Vanuit Marangu rijden we in een uurtje door naar Moshi, voor onze tweede overnachting: Weru Weru River Lodge. Een prima plek waar we het stof van ons af kunnen spoelen, een verkoelend drankje kunnen drinken en waar zelfs Julian zich kan uitleven op de trampoline.
De volgende dag rest ons nog slechts zo’n 1,5 uur om terug te komen op het punt waar we vrijdagochtend begonnen zijn aan ons indrukwekkende rondje Kilimanjaro: Arusha. Al met al is het een bijzondere tocht geweest die ons op verschillende vlakken heeft weten te verrassen. Tanzania mag dan één van de populairste safaribestemmingen in Afrika zijn, dit bewijst maar weer dat er nog talloze onontdekte plekken zijn. Om ongestoord het prachtige wild te bezichtigen, van de natuurschoon te genieten en de oprechte gastvrijheid te proeven!
Prachtig!! Jullie komen de winter daar zo wel door ☃☃!!