Wat herinner jij je nog van de EHBO cursus? Waarschijnlijk heb je, net zoals ik, in je jonge jaren een verplichte cursus gehad. Toch weet ik daar nog maar weinig van. Dus toen enkele weken geleden de uitnodiging kwam voor een First Aid Course op de school van Julian en Lisan, hoefde ik niet lang te twijfelen.
Noodnummer
Want laten we eerlijk zijn, in geval van nood kun je hier niet zomaar 112 bellen en binnen een paar minuten een volledig uitgeruste ambulance voor je neus hebben staan. Sterker nog, in de meeste gevallen zou ik die ambulance niet afwachten maar zelf zo snel mogelijk een weg naar het ziekenhuis vinden. En dan is het nog maar de vraag of de artsen in dit ziekenhuis je daadwerkelijk kunnen helpen. Zeker hier in Arusha laat de medische zorg nogal te wensen over. En krijgt iemand de titel ‘arts’ doorgaans wat sneller dan in Nederland.
Je kunt dus maar beter zo goed mogelijk voorbereid zijn. De EHBO cursus werd gegeven door een Britse arts, tevens moeder op school. Op basis van haar kennis en ervaring in de UK, Zuid-Afrika en Tanzania, en doorspekt met Engelse humor, gaf ze ons vier uur lang een presentatie. Onderwerpen als diarree, botbreuken, brandwonden en epilepsie aanvallen kwamen aan bod. Maar ook oververhitting en verdrinking, situaties waar je hier in Tanzania ook zeker rekening mee moet houden.
Slangenbeet
En dan zijn er natuurlijk dingen als: wat te doen bij een slangen- of schorpioenenbeet? Of mangowormen in je huid? Zaken waar je normaal gesproken niet bij stil staat, maar in de tropen wel van toepassing zijn. Het is hier niet zozeer de vraag óf je ooit een slang zult zien, maar wanneer. Welke overigens in de meeste gevallen zich sneller uit de voeten zal maken dan jij.
In tegenstelling tot het advies van het Nederlandse Rode Kruis (“bel direct 112”), kun je je hier het beste naar Meserani Snake Park haasten, zo’n 1,5 uur rijden van ons vandaan. Een soort mini-dierentuin waar je enkele van de meest dodelijke slangen kunt zien. Het is de enige plek in de omgeving met antigif.
Medicijnenwinkel
Een ander groot verschil met Nederland zijn de apotheken en de manier waarop men omgaat met medicijnen. Een Duka la dawa (letterlijk vertaald ‘winkel van de medicijnen’) is hier op elke hoek van de straat te vinden. Pijnstillers zoals paracetamol worden onbeperkt verkocht, door verkopers die verder geen enkele kennis hebben. En ook antibiotica kun je hier zonder doktersrecept verkrijgen. Sterker nog, een lokale arts schrijft je in 90% van de bezoeken antibiotica voor. Of het nou om een infectie gaat, pijn in je rug of een simpele verkoudheid. En geeft je dan meteen een extra voorraadje mee. Want dat is waar het ziekenhuis uiteindelijk zijn geld mee verdient.
Apotheek in de wildernis
En dan zijn er nog de mensen die niet naar een arts gaan. Omdat ze het zich simpelweg niet kunnen veroorloven. Of er niet in geloven. Er is maar een kleine groep van de Tanzaniaanse bevolking (zo’n 20-30%) die een zorgverzekering heeft. De rest moet het uit eigen zak betalen. En geloof me, als je niet vooraf betaalt, wordt je ook niet geholpen…
Voor sommigen is een fatsoenlijk ziekenhuis letterlijk buiten bereik vanwege de afstand, en nemen ze hun toevlucht naar een traditional healer. De Maasai vertrouwen daarentegen op de medicinale werking van de planten en kruiden om hen heen. Ze weten precies welke wortel, boomschors of takje waarvoor dient. Ze weten dat het melksap van een bepaalde giftige boom als tegengif bij een slangenbeet helpt. Waarmee ze maagpijn kunnen verlichten, hoe ze malaria kunnen genezen en met welk takje ze hun tanden kunnen poetsen. Waardevolle kennis die traditiegetrouw van vader op kind wordt doorgegeven. Met de bush als één grote apotheek.
Maar voorlopig houd ik het nog even bij de opgedane kennis van de EHBO cursus. En eventueel deze Britse arts als back-up…
Geef een antwoord