Je hebt het vast in het nieuws voorbij zien komen: de vliegtuigcrash in Tanzania. Vorige week stortte een kleine Cessna neer, niet ver van de beroemde Ngorongoro krater. Alle 11 inzittenden kwamen daarbij om het leven. De toedracht is nog steeds niet bevestigd, maar van horen zeggen zouden ze slecht zicht hebben gehad. Het vliegtuigje zou een half uur rond hebben gecirkeld alvorens de piloot besloot brandstof te lozen. En is vervolgens neergestort.
Categorie: Op safari (Pagina 3 van 6)
Vorige week kregen we te maken met een onverwachte gast. Hij was met Julian mee uit school gekomen en was ervan uitgegaan dat hij het hele weekend kon blijven. Hij at met ons mee, ging mee boodschappen doen en kon (gelukkig) bij Julian op de kamer slapen.
Ja, je leest het goed. Misschien komen er zo nu en dan wel aardige verhalen over Tanzania op deze blog voorbij. Maar wie ben ik? Is Tanzania nou wel zo’n aantrekkelijk land om te wonen? Of om als safariganger te bezoeken? Lees verder en oordeel zelf!
Het is een nog onbekend gebied voor ons. Al zijn we er regelmatig aan voorbij gereden, nog niet eerder hebben we de moeite genomen om er te stoppen. Zoals de meeste toeristen trouwens, die van Lake Manyara rechtstreeks doorgaan naar de Ngorongoro Krater of Serengeti. Maar daar ergens, net ná Karatu en vóór je de beboste bergen van de Ngorongoro inrijdt, ligt een weggetje naar links.
Wanneer je in een land als Tanzania woont, heb je de luxe om er op een heel andere manier rond te reizen dan de gemiddelde toerist. Daar waar de meerderheid vanuit Kilimanjaro Airport linksaf gaat richting de populaire natuurparken, gaan wij ook wel eens rechts. Naar de verlaten vlaktes van West-Kilimanjaro. Waar wij bij een luxueuze lodge uitgebreid genieten van het uitzicht en een middag ontspannen aan het zwembad, haasten de meeste gasten zich na de lunch naar hun volgende activiteit, om pas tegen de avond terug te komen. Of we besluiten eens een keer niet op safari te gaan, maar een mooie wandeling te maken in de omgeving onder begeleiding van een Maasai krijger.
“And this is your private butler,” eindigt de gastvrouw haar betoog. Haar uitleg is onderdeel van onze uitvoerige check in bij Escarpment Luxury Lodge, waar we nog enigszins beduusd met een welkomstdrankje op de veranda zitten.
Het is al ruim een jaar geleden sinds we voor het eerst met Lisan op safari gingen. Inmiddels heeft ze al behoorlijk wat nachten in een tent of lodge doorgebracht en is ze een ervaren safariganger. Vol enthousiasme wijst ze naar de wilde dieren die ze vanuit de auto ziet. Hetzelfde enthousiasme overigens dat ze toont wanneer ze een dudu (insect) op de veranda ontdekt.
Stel je voor, een uitgestrekt landschap van glooiende heuvels en grasvlaktes, her en der begroeid laag struikgewas en acacia bomen. Op de achtergrond de Mount Meru die half in de wolken schuil gaat. Grote getale koeien en geiten grazen vredig, in het oog gehouden door een jonge Maasai herder. Vanaf de jaren ’70 was dit een genationaliseerd landgoed waar de lokale stammen zich vrij konden bewegen. Het was echter ook een gebied waar overbegrazing, ontbossing en stroperijen steeds duidelijkere sporen nalieten. De enige dieren die hier rondliepen was het vee van de Maasai; olifanten en ander wild waren verdreven.